Notulen  Gemeenteraad

Tot op heden is het voor niet-Belgische kinderen enkel mogelijk om een (papieren) identiteitsbewijs aan te vragen.

De Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) meldde met haar schrijven van 6 november 2023 dat de verblijfsdocumenten voor vreemdelingen jonger dan 12 jaar gemoderniseerd worden. De aanvraag van de nieuwe elektronische verblijfskaarten is mogelijk sinds 15 januari 2024. Aangezien er een nieuw federaal product aangeboden wordt, namelijk elektronische verblijfsdocumenten voor vreemdelingen jonger dan 12 jaar, dringt een retributiereglement zich op. 

Er zal niet langer 1 document worden afgeleverd aan de niet-Belgen onder de 12 jaar. Het verblijfsdocument dat ze ontvangen, zal afhangen van het verblijfsrecht waarover ze beschikken.

In de regel zullen ze dezelfde verblijfskaart met dezelfde lay-out ontvangen als de niet-Belgen ouder dan 12 jaar.

Afhankelijk van hun verblijfsstatuut zullen zij 1 van de volgende verblijfskaarten ontvangen:

Geldigheidsduur

De geldigheidsduur van de elektronische verblijfskaart zal afhankelijk zijn van het verblijfsrecht van het kind.

De maximale duur van de elektronische verblijfskaart zal 3 jaar bedragen. Dit is 1 jaar langer dan de maximale geldigheidsduur van de huidige papieren “identiteitsbewijzen”.

Afgifte is niet verplicht

Net als voor de kids ID voor Belgische kinderen of voor de huidige papieren 'identiteitsbewijzen', zal de afgifte van de elektronische verblijfskaart niet verplicht zijn voor de niet-Belgische kinderen onder de 12 jaar.

De afgifte gebeurt enkel op verzoek van de perso(o)n(en) die het ouderlijk gezag uitoefenen over het kind, of op verzoek van de wettelijke vertegenwoordiger.

In geval van een plaatsing in een pleeggezin, of een pleeginstelling, kunnen de pleegouders of de verantwoordelijke van de instelling verzoeken om de afgifte van de elektronische verblijfskaart.

Welk verblijfsdocument voor kinderen die niet in aanmerking komen voor een elektronische verblijfskaart?

In de Gemcomnieuwsbrief van 9 november 2023 waarin de nota van 6 november 2023 wordt rondgestuurd, stelt de DVZ dat de bestaande papieren verblijfsdocumenten - zoals attesten van immatriculatie, bijlagen 15, bijlagen 35, enzovoort - kunnen afgeleverd worden aan niet-Belgische kinderen onder de twaalf jaar in zoverre die uiteraard aan de voorwaarden daarvoor voldoen.

Overgangsregeling

De al afgeleverde papieren “identiteitsbewijzen” blijven geldig tot het einde van hun geldigheidsduur. Het nog geldige “identiteitsbewijs” omruilen voor een elektronische verblijfskaart is dus niet verplicht maar kan wel gevraagd worden.

Voor de kaarten zijn volgende tarieven van toepassing:

Naar analogie met de Belgische identiteitskaarten voor kinderen jonger dan 12 jaar, wordt er geen extra retributie geheven op de afgifte van deze kaarten. Het betreft een zogenaamde volgretributie waarbij de kost die de hogere overheid aan het lokaal bestuur rekent, wordt doorgerekend.

Gelet op de financiële toestand van de gemeente en de noodzaak om het budget in evenwicht te houden.

Het koninklijk besluit van 27 oktober 2023 tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen en het koninklijk besluit van 10 december 1996 betreffende de verschillende identiteitsdocumenten voor kinderen onder de twaalf jaar, voor wat betreft de verblijfsdocumenten en verblijfstitels afgegeven aan vreemdelingen onder de twaalf jaar

Na de eerdere uitrol op 1 februari 2023 is sinds 22 december 2023 het decreet over het Vastgoedinformatieplatform van toepassing.

Daarom wordt er een vernieuwing van de toetredingsovereenkomst van 17 oktober 2022 gevraagd alsook een vernieuwing van het retributiereglement. 

Het decreet over het Vastgoedinformatieplatform werd goedgekeurd op 22 december 2023.

Overwegende dat aanvragers informatie over onroerende goederen van verschillende overheidsinstanties, waaronder gemeenten, centraal en gebundeld wensen te ontvangen.

Overwegende dat de gemeente het belangrijk vindt dat potentiële kopers met kennis van zaken een beslissing kunnen nemen over een onroerend goed.

Overwegende dat gemeenten op zoek zijn naar mogelijkheden om informatie over onroerende goederen efficiënter en veiliger te delen.

Overwegende dat het Vastgoedinformatieplatform een elektronisch informatiesysteem is om vastgoedinformatie te ontsluiten, samen te voegen en ter beschikking te stellen, en uit te wisselen tussen aanleverende entiteiten en aanvragers.

Overwegende dat het Vastgoedinformatieplatform beheerd wordt door het Vlaams Datanutsbedrijf (ook “Athumi” genoemd) zoals geregeld in het Decreet van 22 december 2023 over het Vastgoedinformatieplatform.

Overwegende dat de gemeente via het Vastgoedinformatieplatform de door aanvragers aangevraagde vastgoedinformatie kan verzamelen in een product en dit product met vastgoedinformatie kan ontsluiten.

Overwegende dat het verzamelen en ontsluiten, via het Vastgoedinformatieplatform, van vastgoedinformatie en het samenvoegen van deze vastgoedinformatie in een product, op verzoek van aanvragers voor de gemeente een administratieve last en bijhorende kost met zich meebrengt.

Overwegende dat de gemeente Wijnegem de kost voor het ontsluiten, samenvoegen en ter beschikking stellen van vastgoedinformatie via producten op de aanvrager ervan wenst te verhalen.

Gelet op de financiële toestand van de gemeente en de noodzaak om het budget in evenwicht te houden.

De grondwet, meer bepaald artikel 173.

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, na wijzigingen, meer bepaald artikel 40, §3.

Het decreet van 22 december 2023 over het Vastgoedinformatieplatform, meer bepaald artikel 21.

De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009, meer bepaald artikelen 5.2.1, 5.2.5, 5.2.6 en 5.2.7.

Het gemeenteraadsbesluit van 17 oktober 2022 betreffende de aansluiting bij het Vastgoedinformatieplatform en de vernieuwing van het retributiereglement vastgoedinformatie.

Het gemeenteraadsbesluit van 19 december 2022 betreffende wijziging van de startdatum voor de aansluiting bij het Vastgoedinformatieplatform en de vernieuwing van het retributiereglement vastgoedinformatie.

Omgevingsaanvraag inclusief rooilijnplan

Het gemeentebestuur van Wijnegem heeft volgende aanvraag tot omgevingsvergunning ontvangen op 29 september 2023: OMV/2023/00004/VERKAV (Projectnummer Omgevingsloket: OMV_2023110793): de heer Jay Detroyer voor Novus NV, Scheepsdalelaan 60, 8000 Brugge, tot het verkavelen van gronden voor in totaal 33 woongelegenheden (8 grondgebonden woningen en 25 appartementen) met wegenaanleg en rooilijnplan (aanleg nieuwe wegenis met toebehoren, aanleg groenvoorzieningen met wadi) langs de Turnhoutsebaan 511 (site Renotec). 

Het omgevingsdossier ‘OMV/2023/00004/VERKAV’, volledig en ontvankelijk verklaard d.d. 6 november 2023, omvat de aanleg van nieuwe wegenis en een ontwerp van rooilijnplan werd toegevoegd.

Gewestplan Antwerpen

Het goed ligt in het gewestplan Antwerpen, vastgesteld bij Koninklijk besluit van 3 oktober 1979, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 28 oktober 1998 (B.S. 16 februari 1999) en definitief besluit (Bouwhoogte) van de Vlaamse Regering van 7 juli 2000 (B.S. 9 september 2000).

Het goed ligt volgens dit van kracht zijnde gewestplan in een woongebied.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf (voor zover deze om redenen van een goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd), voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsbedrijven, voor toeristische voorzieningen, alsmede voor agrarische bedrijven voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5.1.0. van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen). 

Het goed is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd plan van aanleg of ruimtelijk uitvoeringsplan, noch binnen de omschrijving van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling. Het blijft de bevoegdheid van de overheid de aanvraag te toetsen aan de gebruikelijke inzichten en noden betreffende een goede aanleg der plaats, gebaseerd op de eerder geciteerde voorschriften van het van kracht zijnde gewestplan.

Beschrijving van de projectsite en omgeving

Projectsite

De projectsite met zijn onregelmatige perceelsconfiguratie - kadastraal gekend afdeling 1, sectie B, nummer(s): 282R 14, 282S 14, 282W 14 - grenst aan een bouwblok ingesloten door de Turnhoutsebaan in het noorden, de Hippolyte Meeùsstraat in het oosten en het sluizencomplex met aanliggend jaagpad in het zuiden. Het te ontwikkelen terrein is in oppervlakte 6917 vierkante meter groot volgens het inplantingsplan van de bestaande toestand. Het ingesloten terrein is via een versmalde inrit, gelegen tussen appartementsgebouwen (huisnr(s) 505 en 513) langs de gewestweg Turnhoutsebaan, bereikbaar. 

Het betreft een braakliggend terrein met aanwezigheid van enkele hoog- en laagstammige bomen waaronder een ‘monumentale’ tamme kastanje.

Omgeving

De aanpalende eigendommen die in het oosten grenzen aan het projectgebied zijn gelegen langs de Hippolyte Meeùsstraat. Langs deze straat liggen hoofdzakelijk rijwoningen, bestaande uit maximum 2 bouwlagen met zadeldak. De eigendommen die grenzen aan het projectgebied worden gekenmerkt door de diepe achtertuinen (+45 meter).

Het projectgebied grenst in het noorden aan de achtertuinen die horen bij de eigendommen die grenzen aan de gewestweg Turnhoutsebaan. Ter hoogte van voormelde uitrit gaat het over appartementen (huisnummer(s) 513 tot en met 525) met een diepte aan achtertuin gelijk aan +/- 15 meter. Deze appartementen kennen 3 bouwlagen (plat dak). Vanaf de Turnhoutsebaan met huisnummer 531 en verder oplopende huisnummers dringen de diepe achtertuinen (+60 meter) verder in het projectgebied en worden de hoofdgebouwen (een- en meergezinswoningen) gekenmerkt door maximum 2 bouwlagen met zadeldak.

Ter hoogte van voormelde toegang tot het projectgebied, gelegen langs de Turnhoutsebaan, is er sprake van een voetpad, gevolgd door fietspad met aanliggende rijweg (2 x 1 rijstrook). Aan de overzijde van de Turnhoutsebaan is er sprake van langsparkeerplaatsen.

Toegang tot de projectsite              Overzijde met aanwezigheid van parkeerplaatsen 

De projectsite is in het zuiden lager gelegen (talud) dan de aangrenzende groenzone die aansluit bij de dijk (jaagpad) gelegen ter hoogte van het sluizencomplex langs het Albertkanaal.

Rooilijnplan

Het rooilijnplan, opgemaakt door MESO studiebureau bvba en gevoegd bij voormeld omgevingsdossier OMV/2023/00004/VERKAV (Projectnummer Omgevingsloket: OMV_2023110793), gaat voor de wegenis die het project ontsluit uit van een rooilijnbreedte van 7,5 meter. Het betreft de wegenis, gelegen tussen twee appartementsblokken (huisnummer(s) 499 – 505 en 513 – 525), die de vroegere bedrijfssite van Renotec ontsloot.

Dit grafisch verordenend plan bepaalt de huidige en toekomstige grenzen van de aan te leggen gemeenteweg(en). Het gemeentelijk rooilijnplan geeft een openbare bestemming aan de gronden die in de gemeenteweg opgenomen zijn of opgenomen zullen worden. Deze zone binnen de nieuwe rooilijnen voor overdracht aan het openbaar domein zijn: de wegenis met toebehoren (nutsleidingen, openbare verlichting, enzovoort), de trage wegen, de openbare parkeerplaatsen, de centrale parktuin en andere groenvoorzieningen. Zij worden in het geel aangeduid op het rooilijnplan. De projectsite is 6917 vierkante meter groot waarvan 3515 vierkante meter wordt overgedragen aan het openbaar domein.

In totaal wordt meer dan 50% van het projectgebied overgedragen aan de gemeente (openbaar domein). Door het centrale gedeelte van het projectgebied autovrij en kindvriendelijk in te richten, krijgt het toekomstig openbaar domein een groene uitstraling. Het te behouden groen, waaronder een 'monumentale' tamme kastanje, wordt aangevuld met een centraal gelegen parktuin met wadi. Wat de parktuin betreft, wordt ingezet op bomen met eetbare vruchten aangevuld met: bloemrijk hooiland met bloembollen, grasvelden, een wadi die ook van hooiland kan worden voorzien. De parktuin wordt doorkruist door een noodzakelijke brandweerweg (breedte = 8 meter) die wordt aangelegd in grindgazon zodat deze opgaat in het groen.

grindgazon

Het groen neemt een belangrijke plaats in binnen de publieke ruimte en het project als geheel, wat een belangrijke bijdrage levert aan de kwaliteit van de leefomgeving.

Tracé en uitrusting

Wegenis voor gemotoriseerd verkeer én zachte weggebruikers

Het projectgebied kent maar 1 reeds bestaande in- en uitgang voor het gemotoriseerd verkeer ter hoogte van de Turnhoutsebaan. Deze wegenis met een breedte van 7,5 meter wordt aangelegd in uitgewassen beton en ontsluit de (half) ondergrondse parkeergarage onder de meergezinswoningen (lot 1). Deze toekomstige openbare wegenis naar deze parkeergarage ligt tegen de westelijke perceelsgrens van het projectgebied. De bezoekersparking die bij het openbaar domein zal worden ingelijfd, wordt volgens het verkavelingsplan ingeplant tegen de achtertuinzone van de appartementsgebouwen (huisnummers 513-525) op de plaats waar het projectgebied verbreedt (noordwestelijk). Deze bezoekersparking bestaat uit 6 parkeerplaatsen waaronder 1 voor mindervaliden. De parkeerplaats voor mindervaliden wordt aangelegd in kasseien, de overige 5 parkeerplaatsen in klinkers met grasstroken. De aanrijzone naar deze parking wordt aangelegd in betongrasdallen met grind. De beschreven ontsluiting van de private parking en inplanting van de bezoekersparking maakt dat het projectgebied overwegend autovrij is (kindvriendelijk).

De zachte weggebruiker kan de site doorkruisen vanuit de Turnhoutsebaan richting het jaagpad (fietssnelweg) of omgekeerd. De doorwaadbaarheid van de projectsite maakt dat er geen sprake is van een gated community, een woonwijk met hekwerk waarvan alle in- en uitgangen zijn afgesloten. Het openbaar karakter van het binnengebied is zeer belangrijk om sociale interactie te bekomen tussen de toekomstige bewoners en de bewoners van de aanliggende woonwijk(en) en toevallige passanten die de doorsteek maken. Voor de zachte weggebruiker wordt een padenstructuur aangelegd in betongrasdallen met grind.

Noot:

Op 12 december 2023 verleende het Departement Mobiliteit & Openbare Werken (MOW) een advies waarin volgende opmerking wordt gemaakt: “Een in de mobiliteitstoets aangeraden flankerende maatregel is o.i. een essentiële: het verhogen van de fietsveiligheid op de Turnhoutsebaan ter hoogte van de ontsluitingsweg van de nieuw te bouwen site”.

Omtrent het advies van het Departement MOW wordt volgend standpunt ingenomen:

• Het Departement MOW geeft in haar advies geen suggesties/aanzet hoe de fietsveiligheid op de Turnhoutsebaan ter hoogte van de ontsluitingsweg kan worden verhoogd. Zij laat het bij voormelde zinsnede.

Naar aanleiding van het advies van het Departement MOW heeft de dienst omgeving van de gemeente Wijnegem op 13 december 2023 aan het Departement MOW gevraagd aan welke maatregelen zij dachten (suggesties) om de fietsveiligheid van voormelde ontsluitingsweg te verhogen. Op vrijdag 15 december 2023 werden via mail door het Departement MOW (Vervoerregio Antwerpen) volgende suggesties overgemaakt:

”Enkele suggesties van maatregelen waar aan kan gedacht worden:

• Fietsers langsheen Turnhoutsebaan in de voorrang – verhoogde aanleg van fietspad t.o.v. in-en uitrijden toegangsweg, misschien zelfs zebrapad, op die locatie mee in verhoging (wordt dan ganse breedte Turnhoutsebaan)
• Haaietanden (verplicht stoppen) voor uitrijdend verkeer uit toegangsweg
• Bebording op toegangsweg ifv van fietsers in voorrang
• Plaatsing spiegel(s) ter ondersteuning van de zichtbaarheid voor beide partijen
• Oplichtende signalisatie (na detectie) op mogelijk conflictmoment
• ….”

Sommige van de voormelde suggesties vereisen ingrijpende maatregelen. Heden zijn de werken aan de gang voor het vervangen van de brug over het Albertkanaal door een aparte auto- en fietsbrug in opdracht van De Vlaamse Waterweg. De huidige gewestweg N112 ‘Turnhoutsebaan’ zal na uitvoering van deze werkzaamheden voor een groot deel worden overgenomen door de gemeente en heraangelegd. Ook ter hoogte van de site zal de Turnhoutsebaan in handen van de gemeente komen. Het proces tot opmaak van een ontwerp voor de heraanleg van de Turnhoutsebaan is heden volop lopende waarbij de gemeente aandacht heeft gevraagd voor de locatie van voormeld ontsluitingspunt. Als last zal worden opgelegd dat de projectontwikkelaar moet instaan voor de herinrichting van het kruispunt nieuwe ontsluitingsweg en Turnhoutsebaan (zone ter hoogte van ontsluitingsweg, inclusief voetpad en fietspad) met de daarbij horende signalisatie zoals borden en markeringen. Het definitieve ontwerp van dit kruispunt in functie van een verkeersveilige ontsluiting gebeurt in onderling overleg met de gemeente en de deskundigen van het Agentschap Wegen en Verkeer en het Departement Mobiliteit en Openbare Werken.

Rioleringsstelstel & andere bovengrondse voorzieningen

Het projectgebied is volgens het overstromingsrapport (bron: geoloket.waterinfo.be) niet overstromingsgevoelig. De ‘Detailkaart Overstromingsgevoelige gebieden pluviaal’ (door hevige neerslag) in voormeld overstromingsrapport maakt melding van een perceelscore A: Geen overstroming gemodelleerd.

Uit uitgevoerde infiltratieproeven (studie en proefnemingen gevoegd bij het omgevingsdossier) blijkt dat het projectgebied infiltratiegevoelig is. De slechtste infiltratiecapaciteit bedraagt volgens de uitgevoerde studie 2,2 -6 m/s wat een relatief gunstige infiltratiecapaciteit is. Voorliggend verkavelingsplan maakt melding van de aanleg van een wadi met een totaal buffervolume van 56680 liter en een infiltratieoppervlakte van 207,92 vierkante meter. Het hemelwaterconcept bevat op het toekomstig openbaar domein volgende maatregelen (zie hemelwaternota gevoegd bij voorliggend omgevingsdossier):

• rijweg (589,35 vierkante meter) wordt aangelegd in niet-waterdoorlatende verharding (gewassen beton);
• parkeerplaatsen en toegang er naar toe in waterdoorlatende materialen. Enkel parkeerplaats voor mindervalide wordt aangelegd in niet-waterdoorlatende materialen;
• toegangspaden naar woningen in waterdoorlatende materialen. Hemelwater kan ook infiltreren in aanliggende groenzone;
• centrale wadi met een diepte van 0,90 meter met een overstortpeil van 0,30 meter ten opzichte van de bodem;
• waterdoorlatende poreuze ongewapende rioleringsbuizen voor afvoer hemelwater naar riolering in Turnhoutsebaan (diameter = 600 millimeter). Hemelwater afkomstig van aangesloten verhardingen kan infiltreren in de grond.

Artikel 12 van de hemelwaterverordening van 2013 meldt dat bij een verkavelingsvergunning met aanleg van nieuwe wegen een collectieve voorziening voor infiltratie of buffering moet worden aangelegd. Voor de berekening van de dimensionering van de infiltratie- of buffervoorziening wordt uitgegaan van de oppervlakte van de aan te sluiten wegverharding vermeerderd met 80 vierkante meter per kavel binnen de verkaveling. Volgende verharde oppervlakte worden in rekening gebracht: wegoppervlak (589,35 vierkante meter); 8 x 80m² per eengezinswoning (640 vierkante meter); dakoppervlakte meergezinswoningen (1032,93 vierkante meter).

Rekening houdende met het voorgaande kan in alle redelijkheid worden geoordeeld dat voorliggend verkavelingsproject voor een duurzame waterhuishouding gaat, waarbij wordt rekening gehouden met de bepalingen opgenomen in het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (B.S. 8 oktober 2013).

Noot:

Op 2 oktober 2023 werd de nieuwe regeling rond de gewestelijke hemelwaterverordening van toepassing. Artikel 21 van deze nieuwe gewestelijke hemelwaterverordening meldt het volgende: “Dit besluit is niet van toepassing op vergunningsaanvragen en meldingen die voor de datum van de inwerkingtreding van dit besluit worden ingediend.”

Als aanvulling op deze private fietsenstallingen, wordt door de ontwikkelaar op het toekomstig openbaar domein een fietsenstalling opgericht die plaats biedt aan 20 fietsen waarvan minstens 2 buitenmaatse volgens de voorliggende verkavelingsvoorschriften. Deze fietsenstalling, gelegen langs de nieuw aan te leggen wegenis heeft volgende afmetingen: 12,0 meter x 3,20 meter x 2,0 meter (LxBxH). Het gaat om overdekte fietsenstallingen zodat fietsen op een toegankelijke, veilige en diefstalbestendige wijze kunnen worden gestald. Het materiaalgebruik van de zichtbare openbare fietsenstalling is zacht van aard (houten gevelbekleding). De verharding binnen de zone van de fietsenstalling bestaat uit klinkers met grasstroken. Er kan in alle redelijkheid worden geoordeeld dat de projectsite vooral inzet op de zachte weggebruikers.

Op de gemeenschappelijke delen, ter hoogte van de toegangsweg en het centrale plein (parktuin), wordt volgens het omgevingsdossier accentverlichting voorzien of lichtpunten die steeds neerwaarts zijn gericht zodat er geen lichthinder wordt veroorzaakt naar de omgeving. 

Uplighters onder bomen en meerstammen (parktuin)                   Dotjes langs rijweg/oprit

Een lichtplan en plan van het straatmeubilair moet worden opgemaakt door de vergunninghouder/projectontwikkelaar(s) in overleg met de gemeente en net zoals de andere werkzaamheden voor het inrichten van het openbaar domein zijn ook de kosten voor deze bovengrondse constructies ten laste van de vergunninghouder/projectontwikkelaars.

Toetsing aan doelstellingen en principes decreet gemeentewegen (artikel 3 en 4)

Toetsing artikel 3 – decreet gemeentewegen

Er kan in alle redelijkheid worden geoordeeld dat het rooilijnplan en het voorgestelde tracé en uitrusting van de wegenis de zachte weggebruiker voorrang geeft. De auto is ‘gast’. Het principe van een autoluw binnengebied met centrale parkingtuin die doorwaadbaar is voor de zachte weggebruiker onderstrepen dit. De doorwaadbaarheid van de site komt tot uiting in het feit dat via de toegang tot de projectsite de zachte weggebruiker zoals de fietser het binnengebied kan doorkruisen en vervolgens kan aansluiten op het jaagpad langsheen de hoofdwaterweg ‘Albertkanaal’. Er wordt dus een verbinding gemaakt met het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk F5 dat langs het sas loopt (jaagpad langs hoofdwaterweg ‘Albertkanaal’). In de nabije toekomst wordt het fietsvriendelijk aanbod uitgebreid met een fietsbrug over het Albertkanaal.

Toetsing aan artikel 4 – decreet gemeentewegen

Er kan in alle redelijkheid worden geoordeeld dat het rooilijnplan en het voorgestelde tracé en uitrusting van de wegenis rekening houdt met de principes vooropgesteld in artikel 4 van het gemeentewegendecreet:

• De inrichting van het openbaar domein, inclusief de voorgestelde wegenis, staat ten dienste van het algemeen belang. Door de nadruk te leggen op een inrichting die kindvriendelijk is (autovrije centrale parktuin) wordt het openbaar domein toegankelijk voor iedereen. Het verkavelingsontwerp maakt dat het openbaar domein zo veel mogelijk toegankelijk en bruikbaar wordt gemaakt voor alle burgers (principe van ‘Design for All) door de site doorwaadbaar te maken (verbinding met jaagpad langs Albertkanaal) voor de zachte weggebruiker. Enkel de zachte weggebruiker kan de projectsite doorkruisen. Het gemotoriseerd verkeer wordt ontsloten langs één zijde van het projectgebied. Het grotendeels autovrije binnengebied stimuleert tot beweging en sociaal contact wat een positieve weerslag heeft op de fysieke en mentale gezondheid.
• Een logisch gevolg van het inzetten op de zachte weggebruiker is dat dit de verkeersveiligheid ten goede komt. Een doordachte inplanting van de parkeerplaatsen voor de auto voor de bezoekers (toekomstige openbare parking) als voor de inwoners ((half) ondergrondse parking onder appartementen) aan de randen van het projectgebied zorgen ervoor dat het aantal mogelijke conflictpunten met de zachte weggebruiker minimaal is. Bovendien zorgt het beschreven tracé en uitrusting van het toekomstig openbaar domein met centrale parktuin ervoor dat de autobestuurder het gevoel krijgt dat hij zich bevindt binnen een verblijfsgebied waar de zachte weggebruiker ‘baas’ is. Extra aandacht wordt gevraagd voor de herinrichting van het kruispunt nieuwe ontsluitingsweg en Turnhoutsebaan (zone ter hoogte van ontsluitingsweg, inclusief voetpad en fietspad) met de daarbij horende signalisatie zoals borden en markeringen (ten laste van ontwikkelaar);
• Het kindvriendelijke van het ontwerp onderstreept dat rekening wordt gehouden met de behoeften van de toekomstige generaties.

Resultaten openbaar onderzoek 

Verwijzend naar artikel 47 van het besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning neemt de gemeenteraad kennis van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek.

Er werden tijdens het gehouden openbaar onderzoek 3 bezwaarschriften ingediend. 2 via het omgevingsloket en 1 schriftelijk bezwaarschrift. Op 4 december 2023 werd een bezwaarschrift ingediend via het omgevingsloket door de eigenaar/bewoner wonende langs de Turnhoutsebaan 519, 001^e. Op 7 december 2023 werd een schriftelijk bezwaarschrift ingediend door de eigenaar/bewoner wonende langs de Hippolyte Meeusstraat 16. Op 15 december 2023 werd door Forum Advocaten via het omgevingsloket een bezwaarschrift ingediend in naam van 41 eigenaar(s) die enerzijds wonen in de omgeving van het projectgebied (Helenalei: 1; Hippolyte Meeusstraat: 7; 8; 10; 11; 12; 14; 16; 17; 24; 26; 30; 37; 38; 40; 46; 47; 52; 54; 64; 66; 76 Turnhoutsebaan: 501; 503 bus 1; 503 bus 3; 505 bus 1; 505 bus 3; 505 bus 4; 505 bus 5;  515 bus 1; 521 bus 3; 535 (2x vermeldt door Forum Advocaten in  lijst bezwaarindiener(s) onder nummer 19. en nummer 29.); 537 bus 2; 539; 531; 541; 551; 566; 580 bus 2) en anderzijds in naam van eigenaar die woont in Brasschaat en twee appartementen heeft langs de Turnhoutsebaan 503 bus 4 en bus 5. De bezwaarschrift(en) kunnen als volgt worden samengevat:

Water en groen

• Aanvraag is in strijd met de gewestelijke hemelwaterverordening: Geen garanties met betrekking tot minimale infiltratieoppervlakte;

Mobiliteit

• “De bij het aanvraagdossier gevoegde mobiliteitsnota van Vectris vertrekt vanuit volstrekt ongeloofwaardige en pertinent onjuiste basispremisses, waaronder een modal split van amper 45% autobewegingen van en naar de nieuwe verkaveling. Gelet op het Klimaatplan van Wijnegem, dat een ambitieuze modal split van 50% vooropstelt, blijkt duidelijk dat de door Novus Projects NV gehanteerde modal split niet kan worden aanvaard, waardoor bij uitbreiding ook de “resultaten” van de eigen mobiliteitsnota geen correct beeld van de daadwerkelijke mobiliteitsimpact van het aangevraagde ophangen. Uit voormelde mobiliteitsnota, die intern tegenstrijdige cijfers bevat m.b.t. het aantal te voorziene parkeerplaatsen, kan bovendien niet met zekerheid worden afgeleid dat de volledige parkeerdruk van het project op eigen terrein wordt opgevangen. Evenmin wordt voorzien in een volledig ondergrondse parkeergarage onder de meergezinswoningen, hetgeen nochtans wordt voorgeschreven door de parkeervoorschriften van Uw College.”;
• “De exacte/minimale dimensionering van deze half-ondergrondse parkeergarage wordt bovendien op geen enkele wijze verankerd in de verkavelingsvoorschriften voor lot 1. Evenmin wordt opgelegd dat loten 2 t.e.m. 9 pas na (of minstens samen met) lot 1 kunnen worden ontwikkeld, niettegenstaande volledige parkeerdruk van loten 2 t.e.m. 9 onder lot 1 moet worden opgevangen. Het verkavelingsplan creëert bovendien onduidelijkheid over de ligging van lot 10.”;
• “De mobiliteitsimpact van het aangevraagde, waarbij alle bijkomende voertuigbewegingen over de volledige lengte van twee bestaande, bebouwde percelen langsheen de Turnhoutsebaan verlopen, is eveneens onaanvaardbaar. Hetzelfde geldt voor de inplanting van de publieke “parkeerpocket”, vlak achter de private tuinzones langsheen de Turnhoutsebaan.”
• Onvoldoende parkeermogelijkheden voor de wagen rekening houdende met aantal woongelegenheden.  Toegevoegde mobiliteitsstudie bevat onvoldoende informatie om tot reële inschatting te komen van aantal parkeerplaatsen voor de wagen;

Aantal bouwlagen, dichtheid  & ruimtegebruik

• “De verkavelingsaanvraag schendt bovendien de goede ruimtelijke ordening. De verkavelingsvoorschriften laten meerdere meergezinswoningen van 3,5/4,5, dan wel 4/5 volwaardige bouwlagen onder plat dak toe. Naast het feit dat het daadwerkelijk aantal bouwlagen misleidend wordt geformuleerd in de verkavelingsvoorschriften, dit aangezien de inplanting van de parkeergarage t.o.v. het maaiveld niet duidelijk is (ondergronds, half ondergronds, dan wel gelijkvloers), is een dergelijk aantal bouwlagen in het geheel niet aanwezig in de onmiddellijke en zelfs de ruimere omgeving van de projectsite.”;
• “Het verkavelingsplan voorziet in een onaanvaardbaar ruimtegebruik, waarbij de kavels voor de zgn. “grondgebonden woningen” te klein worden ingetekend en qua oppervlakte geen aansluiting zoeken bij de aanpalende, reeds bebouwde percelen langsheen de Turnhoutsebaan en de Hippolyte Meeùsstraat. Evenmin wordt rekening gehouden met de huidige, gemiddelde bouwdichtheid langsheen voormelde straten die het projectgebied omzomen.”;
• Te hoge dichtheid (programma van 33 woongelegenheden + vrije beroepen) waardoor draagkracht wordt overschreden;
• Project leidt tot schaalbreuk rekening houdende met context bebouwde omgeving.  Maximum aantal bouwlagen voor lot 1 is niet verenigbaar met de omgeving;

Privacy- en schaduwhinder

• De thans voorgestelde ontwikkeling van het binnengebied zal leiden tot een onaanvaardbare impact op de privacy ten opzichte van de aangrenzende tuinzones, waarbij de bestaande groenbuffering verdwijnt en niet wordt gecompenseerd met een gelijk(w)aardige nieuwe aanplant op de perceelsgrens;
• De privacy wordt geschonden omdat appartementen/woongelegenheden langs de Turnhoutsebaan uitkijken op het projectgebied. Vellen van bomen en inplanting bezoekersparking verergeren de situatie naar inkijk toe. Bezwaarindiener Turnhoutsebaan 519, 001^e stelt voor volgende voorwaarde op te nemen in de vergunning: “Het eerste plantseizoen volgend op realisatie van het aangevraagde project dient de haag, voorzien ter hoogte van de bezoekersparkeerplekken, uitgevoerd te worden middels hoogstammige bomen of voldoende hoog en dicht haagwerk. Dit zodoende dat de inkijk vanwege gebruikers van deze parking richting de westelijk gelegen appartementen belemmerd wordt. Dit dient gestaafd te worden met een gedetailleerd beplantingsplan.”
• Maximum aantal bouwlagen voor lot 1 leidt tot schending privacy (inkijk) naar aanpalende bebouwde percelen;
• De loten 2 en 3, bestemt voor eengezinswoningen, staan te dicht tegen de achter perceelgrens van de eigendommen die uitgeven op de Hippolyte Meeusstraat. Dit leidt tot overmatige schaduwhinder in de (groente)tuin van deze eigendommen en tot hinder wat betreft zichten (zicht op woningen met hoogte van 10 meter).

Het omgevingsvergunningsdecreet van 25 april 2014, na wijzigingen, meer bepaald artikel 31 §1.

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, na wijzigingen, meer bepaald artikels 40 en 41.

Het decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019, in het bijzonder artikelen 3, 4 en 12 §2.

Het besluit van de Vlaamse regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, meer bepaald artikel 47.

De beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 28 december 2023 waarbij beslist werd om de gemeenteraad samen te roepen om een beslissing te nemen over de zaak der wegen.

De tragewegverbinding tussen Wijnegem en Wommelgem aan de Krommelei ter hoogte van de Schijnbeemdenlaan naar de Doornaardstraat in Wommelgem bestaat reeds sinds 2014. Deze weg is aangelegd in een halfverharding. De halfverharding is na 10 jaar in slechte staat en is aan vernieuwing toe. De gemeente Wommelgem heeft reeds een ontwerper aangesteld voor het opmaken van een bestek voor de vernieuwing van deze weg. De goedkeuring van de samenwerkingsovereenkomst houdt ook in dat de gemeente Wijnegem dit bestek en bijhorende raming en de aanstelling van GOWACO bv goedkeurt.

De gemeentebesturen van Wijnegem en Wommelgem hebben samen de tragewegverbinding aangelegd. De staat van de weg is op het grondgebied van zowel Wijnegem als Wommelgem even slecht. Het gemeentebestuur van Wommelgem heeft beslist om deze te laten vernieuwen en heeft aan het gemeentebestuur van Wijnegem gevraagd of ze willen meedoen met deze werken. Aangezien dit een schaalvergroting van de werkzaamheden is, zal deze samenwerking de eenheidsprijzen doen verlagen.

De wet op de overheidsopdrachten van 17 juni 2016 en volgende.

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, na wijzigingen.

De huidige financieel directeur gaat op 1 juni 2024 officieel met pensioen.

De functie van financieel directeur in statutair voltijds verband moet vacant verklaard worden en zal via een examenprocedure bij aanwerving worden ingevuld.

Gezien het een decretale graad betreft en gelet op artikel 16 en 32 van de rechtspositieregeling voor het gemeentepersoneel, wordt deze selectieprocedure uitbesteed aan Poolstok, die hiervoor een beroep doet op Probis. 

Volgens artikel 6 van de rechtspositieregeling voor het gemeentepersoneel (RPR) kan de vacante betrekking ingevuld worden op verschillende manieren. De gemeenteraad bepaalt bij de vacantverklaring van de betrekking volgens welke procedure of procedures ze vervuld wordt en verklaart de functie open.

Volgens artikels 7 tot en met 11 van de RPR worden de algemene toelatings- en aanwervingsvoorwaarden bepaald.

Volgens artikel 12 van de RPR worden de vereisten voor de externe bekendmaking van de vacature en de wijze van indiening van de kandidaturen bepaald.

Volgens artikels 17 en 18 van de RPR bestaat de selectiecommissie uitsluitend uit deskundigen (onder deskundig wordt verstaan dat de leden van de selectiecommissie over de specifieke deskundigheden moeten beschikken om de kandidaten te beoordelen op de voor de functie vastgestelde selectiecriteria), alsook uit ten minste drie leden en ten minste een derde van de leden zijn deskundigen die extern zijn aan het eigen bestuur. 

Volgens artikel 20 van de RPR toetsen de selectieprocedures de bekwaamheid of geschiktheid van de kandidaten en resulteren deze in een opsomming van de geslaagde of geschikt bevonden kandidaten. De meest geschikte kandidaat wordt gekozen op basis van een volledige vergelijking van de titels en verdiensten van alle kandidaten en een uitdrukkelijke motivering in overeenstemming met de bepalingen van de Wet betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen van 29 juli 1991. 

Indien er psychotechnische proeven georganiseerd worden zullen minimum de eerste twee kandidaten in rang hiervoor worden uitgenodigd. Indien dit examengedeelte voor beide kandidaten resulteert in een ‘niet geschikt voor de functie’ worden de twee volgende kandidaten in rang opgeroepen voor dit examengedeelte en dit tot een kandidaat ‘geschikt voor de functie’ wordt bevonden of als de lijst is uitgeput.

Volgens artikel 30 van de RPR stelt de gemeenteraad de functiebeschrijving van financieel directeur vast.

Volgens artikels 21 tot en met 23 en 32 tot en met 33 van de RPR wordt de selectie van financieel directeur uitgevoerd op basis van de selectiecriteria en met behulp van verschillende selectietechnieken. De selectiecriteria en selectietechnieken zijn afgestemd op de functiebeschrijving.

De bepalingen van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en de latere wijzigingen.

Het bestuursdecreet van 7 december 2018.

De beslissing van de gemeenteraad van 15 oktober 2018 waarbij de formatie voor het lokaal bestuur Wijnegem werd goedgekeurd en de latere wijzigingen.

Het gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2019 dat het begrip dagelijks bestuur en dagelijks personeelsbeheer vaststelt.

De rechtspositieregeling voor het gemeentepersoneel, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 17 december 2018 en aangepast bij latere besluiten, inzonderheid de artikels 6 tot en met 33 in verband met de aanwervingsprocedure, selectieprocedure en het verloop van de selectie.

Sinds 2017 zijn de buitenschoolse kinderopvang en de kinderkribbe onderdeel van Ferm Kinderopvang vzw. Het is aangewezen dat de samenwerkingsovereenkomsten aangepast worden. Concreet wordt de samenwerkingsovereenkomst tussen 't Speelnestje en het lokaal bestuur enerzijds, en de buitenschoolse kinderopvang en het lokaal bestuur anderzijds, aangepast.

De grootste omslag van de gewijzigde samenwerkingsovereenkomsten is dat er gerekend wordt met een forfaitaire kost bijkomend op de personeelskost. Het voordeel hiervan is dat deze kost minder conjunctuurgevoelig is en dat zo de prognoses en afrekeningen dichter bij elkaar liggen. Dit is belangrijk om de uitbreiding van het aanbod voor buitenschoolse kinderopvang voor alle Wijnegemse basisscholen goed te kunnen budgetteren. Ook wordt het zo eenvoudiger om de kost van 't Speelnestje te budgetteren.

Daarnaast wordt er voor elke opvangniche (0-2,5 jarigen en kleuter- en lagere schoolopvang) een aparte overeenkomst gemaakt.

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, na wijzigingen.

Door een wijziging van het decreet lokaal bestuur moeten alle lokale besturen die nog geen deontologische commissie hebben er een oprichten. Dat moet zowel voor de gemeente als voorhet OCMW. Lokale besturen die wel al een deontologische commissie hebben, moeten zorgen dat deze voldoet aan de nieuwe bepalingen daarover in het decreet lokaal bestuur. De deontologische commissie bestaat minstens uit één vertegenwoordiger per fractie in de gemeenteraad. Een gelijkschakeling tussen de deontologische code van de gemeenteraad en van de OCMW-raad en de oprichting van een deontologische commissie dringen zich op.

Het is aangewezen om de deontologische code en de samenstelling van de deontologische commissie van de gemeenteraad en van de OCMW-raad zoveel mogelijk op elkaar af te stemmen.

Het decreet lokaal bestuur, van 22 december 2017, na wijzigingen artikel 39.

Het college van burgemeester en schepenen besliste op 4 mei 2023 enerzijds en 8 juni 2023 anderzijds om te laten onderzoeken hoe zij de toekomstige uitdagingen kan aangaan en hoe de bestuurskracht in kaart kan gebracht worden. 

Via Poolstok werd een voorstel voor de opdracht “bestuurskracht & scenarioanalyse” al dan niet gekoppeld aan een “kerntakendebat” opgevraagd waardoor het lokaal bestuur vrijgesteld wordt van de verplichting om zelf een plaatsingsprocedure te organiseren.

Er werd een voorstel ingediend door CC Consult Probis Group en Idea Group.

Het is Idea Group die ondertussen een grondige studie in het kader van de bestuurskrachtmeting met scenario-analyse heeft uitgevoerd.

De resultaten werden voorgelegd en toegelicht aan de raadsleden op 18 december 2023, met mogelijkheid om vragen te stellen.

De uitgevoerde studie gaat dieper in op belangrijke vragen die vele lokale besturen zich stellen.

Het is opportuun om voorbereid te zijn op toekomstige uitdagingen die op de lokale besturen afkomen.

Door de snel evoluerende regelgeving mist een klein lokaal bestuur aan slagkracht. Met de op til zijnde veranderingen zal dit alleen maar vergroten.

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, na wijzigingen.

Het verslag van de vorige zitting ligt ter inzage.

Er zijn geen opmerkingen.

Het decreet lokaal bestuur 22 december 2017, na wijzigingen, artikel 32.

De raadsleden krijgen de mogelijkheid om vragen te stellen.

Niet van toepassing.

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, na wijzigingen, artikel 31.

Het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad.