De gemeenteraad heeft in zitting van 16 maart 2020 de samenwerkingsovereenkomst tussen het bestuur en Pidpa betreffende de weg- en rioleringswerken in de Koolsveldlaan, Eikenlaan en Brouwerslaan goedgekeurd. Eveneens is het bestek voor de aanstelling van een ontwerper in dezelfde zitting goedgekeurd. In de ontwerpfase van de riolering bleek dat het noodzakelijk was om een deel van de Wommelgemsteenweg van de Eikenlaan richting Wommelgem mee in het ontwerp op te nemen. Deze uitbreiding is door de gemeenteraad in zitting van 3 juni 2021 goedgekeurd.
Het is noodzakelijk om een gedeelte van de voortuinen in der minne te verwerven om het doortrekken van het fietspad langs de Wommelgemsteenweg tot voorbij het kruispunt met de Eikenlaan in de richting van Wommelgem te realiseren. Dit geeft het lokaal bestuur de mogelijkheid om aan beide zijden van de weg een volwaardig fietspad te voorzien. Deze innames van de Wommelgemsteenweg nummers 43 tot en met 63 laten eveneens toe om het kruispunt en het eerste gedeelte van de Wommelgemsteenweg veiliger in te richten. Dit is ook het geval aan de overzijde van nummers 52 tot en met 64 waardoor hier de mogelijkheid is om een groenstrook in combinatie met enkele parkeerplaatsen te realiseren. Zo wordt er eveneens een bufferzone gerealiseerd naar de voetgangers toe. Van de gelegenheid wordt er eveneens gebruik gemaakt om ook enkele voortuinen langs de Koolsveldlaan nummers 35 tot en met 41 gedeeltelijk in te nemen om zo het nieuwe voetpad en fietspad te realiseren over een rechte lijn met uitzondering van één woning te Koolsveldlaan 43 die voor de rooilijn blijft, maar waar een wegversmalling wordt ingebouwd.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, na wijzigingen.
De gemeenteraad beslist om een deel van de voortuinstrook aan de Wommelgemsteenweg van huisnummer 47 tot en met 51 en van 55 tot en met 63 in te nemen volgens plan in bijlage en een deel van de voortuinstrook gelegen aan de Koolsveldlaan van huisnummer 35 tot en met 41 volgens plan in bijlage.
Het college van burgemeester en schepenen wordt gemandateerd om het dossier verder af te werken.
Het lokaal bestuur werd geïnformeerd door Uitvaartzorg Peeraer Wijnegem dat de prijzen van de fotokeramieken aangepast worden. Het is opportuun om het vaststellen van tarieven en de bepaling van de wijze van inning aan het college van burgemeester en schepenen te delegeren om dergelijke wijzigingen sneller te behandelen.
Ook niet-inwoners kunnen worden begraven op de gemeentelijke begraafplaats. Het is billijk om een gedifferentieerd tarief in te voeren voor inwoners en niet-inwoners aangezien inwoners al bijdragen via de werking van het lokaal bestuur.
Het politiereglement voorziet voor de begraafplaats reeds een aantal uitzonderingen voor personen die buiten Wijnegem wonen en die toch kunnen genieten van het tarief voor inwoners.
Het gaat om:
a) personen die in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van de gemeente staan ingeschreven,
b) personen waarvan het bewijs wordt geleverd dat zij als inwoner van de gemeente verplicht moesten worden opgenomen in een ziekenhuis, rustoord of andere instelling, buiten de gemeente,
c) personen die in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van de gemeente waren ingeschreven, maar die om gezondheidsredenen buiten de gemeente inwonen bij een familielid van de eerste graad,
d) personen die ingevolge hun persoonlijk statuut vrijgesteld zijn van inschrijving in het bevolkings- of vreemdelingenregister en hun gewoon verblijf in de gemeente hebben.
De prijzen van andere begraafplaatsen zijn onderzocht voor het raadsbesluit van 20 januari 2020. In de meeste omliggende gemeenten (o.a. Borsbeek, Ranst en Wommelgem) worden geen uitzonderingen gemaakt voor personen die langere tijd in hun gemeente hebben gewoond en nu elders. Omwille van de beperkte oppervlakte van het kerkhof waarvan bovendien slechts nog een gering aandeel beschikbaar is voor graven, is het ontradend effect van de hogere tarieven voor niet-inwoners te verantwoorden. Het is opportuun om zoals in het verleden het geval was, het politiereglement verder toe te passen.
Het retributiereglement voor de begraafplaats dient nu aangepast te worden omwille van de aangekondigde prijswijziging van Uitvaartzorg Peeraer Wijnegem.
Voor snel wijzigende tarieven is het aangewezen dat het college van burgemeester en schepenen gemachtigd wordt om deze tarieven zelf te kunnen aanpassen. Hierdoor kan op een vlotte manier worden ingespeeld op veranderende omstandigheden of een stijgende index.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, na wijzigingen.
De wet van 20 juli 1971 en zijn wijzigingen betreffende lijkbezorging en begraafplaatsen.
De omzendbrief KB/ABB 201/2 betreffende de gemeentefiscaliteit.
Het gemeenteraadsbesluit van 20 januari 2020 waarbij het retributiereglement voor de gemeentelijke begraafplaats werd vastgesteld.
Het uniform gemeentelijk politiereglement, Politiezone Minos, deel B Specifieke bepalingen.
Met ingang van 1 maart 2022 en voor een termijn eindigend op 31 december 2025 worden volgende tarieven vastgesteld:
Onderwerp | Verduidelijking | Bedrag |
1) Grondconcessies (25 jaar) | ||
- voor inwoners: | per grafstede van één persoon | € 432 |
| per grafstede voor de begraving van twee personen | € 648 |
- voor niet-inwoners: | per grafstede van één persoon | € 1.296 |
| voor de begraving van twee personen | € 1.944 |
2) Columbariumconcessies of urneveldconcessie (25 jaar) | ||
- voor inwoners: | per element voor één urne | € 256 |
| per element voor de berging van twee urnen | € 384 |
| per element voor de berging van drie urnen | € 512 |
| per element voor de berging van vier urnen | € 640 |
- voor niet-inwoners: | per element voor één urne | € 768 |
| per element voor de berging van twee urnen | € 1.152 |
| per element voor de berging van drie urnen | € 1.536 |
| per element voor de berging van vier urnen | € 1.920 |
3) Concessies op het kinderpark (25 jaar) | ||
- voor inwoners: |
| € 138 |
- voor niet-inwoners: |
| € 414 |
4) Afsluitplaten en fotokeramiek (inwoners en niet-inwoners) | ||
| columbaria en urnenkelders: naamplaatjes voor inwoners en niet-inwoners | € 58 |
| afdekplaat voor columbaria en urnenkelders | € 65 |
| fotokeramiek kleur | € 92 |
| fotokeramiek zwart-wit | € 49 |
Onderwerp | Verduidelijking | Bedrag |
Voor de verlengingen (12 jaar) van de bestaande concessies worden de volgende tarieven bepaald: | ||
Grondconcessies: | voor een grafstede waarin één persoon is begraven | € 216 |
| voor een grafstede voorzien voor de begraving van twee personen | € 324 |
Columbarium- of urnenveldconcessies: | voor een element voor één urne | € 127 |
| voor een element voorzien voor twee urnen | € 191 |
| voor een element voorzien voor drie urnen | € 254 |
| voor een element voorzien voor vier urnen | € 318 |
Concessies op het kinderpark: |
| € 69 |
Onderwerp | Verduidelijking | Bedrag |
Asuitstrooiingen | voor inwoners | gratis |
| voor niet-inwoners | 500 € |
Alle voorgaande retributiereglementen betreffende de grondvergunningen, columbariumconcessies en concessies op het urnenveld worden met ingang van 1 maart 2022 opgeheven.
De gemeenteraad beslist om de vaststelling van tariefwijzigingen en de bepaling van de wijze van inning te delegeren aan het college van burgemeester en schepenen.
De EVA vzw ’t Gasthuis nodigt haar leden uit voor de algemene vergadering op 30 maart 2022.
EVA vzw 't Gasthuis roept haar leden op met het schrijven van 12 februari 2022 voor de algemene vergadering van 30 maart 2022.
Dit is de agenda van de algemene vergadering:
De agenda wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, na wijzigingen, meer bepaald artikel 225.
Het gemeenteraadsbesluit van 21 oktober 2013 tot deelname aan EVA vzw ’t Gasthuis.
Het gemeenteraadsbesluit van 17 maart 2014 waarbij de samenwerkingsovereenkomst tussen EVA vzw 't Gasthuis en het gemeentebestuur werd goedgekeurd.
Het gemeenteraadsbesluit van 16 december 2019 betreffende de evaluatie en verlenging van de samenwerkingsovereenkomst tussen EVA vzw 't Gasthuis en het gemeentebestuur.
De gemeenteraad keurt de agenda van de algemene vergadering van EVA vzw ’t Gasthuis op 30 maart 2022 goed.
In het voorjaar van 2021 werd de gemeente ingelicht over de intentie van IGEAN dienstverlening om een achtergestelde lening uit te schrijven waarop de aangesloten gemeenten kunnen intekenen met het oog op het verhogen van de solvabiliteit. Dit werd toegelicht op de bijeenkomst met de financieel directeurs op 12 februari 2021 en op de bijeenkomst met de algemeen en financieel directeurs op 27 mei 2021. Op de raad van bestuur van 30 juni 2021 werd vervolgens beslist om deze lening uit te schrijven in 2 schijven, een gereserveerde en een vrije. In de raad van bestuur van 13 oktober 2021 werd tenslotte het tarief vastgelegd. Samengevat betreft het volgende operatie:
De achtergestelde lening wordt uitgeschreven in 2 schijven:
De gemeente steunt het voorstel van IGEAN om haar solvabiliteit te verhogen en wenst in te schrijven op de 2e schijf van de achtergestelde lening ten bedrage van 15.250,00 euro met een looptijd van 5 jaar.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder artikel 41 over de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De gemeente tekent in op de achtergestelde lening van IGEAN ten bedrage van 15.250,00 euro met een looptijd van 5 jaar.
De nodige kredieten worden voorzien bij de eerstvolgende aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 op budgetsleutel 2903000/060000.
Op 18 december 2021 vroeg de administratie van de gouverneur het dossier, de betrokken besluiten en het standpunt van het lokaal bestuur over de klacht betreffende het nieuw verkeersplan voor Wijnegem West op. De gevraagde documenten werden via het digitaal loket voor lokale besturen bezorgd op 14 januari 2022. Op 3 februari 2022 ontving het lokaal bestuur de beslissing van de gouverneur inzake dit dossier.
De gemeenteraad dient kennis te nemen van de beslissing van de gouverneur, overeenkomstig artikel 333 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, na wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, na wijzigingen, meer bepaald artikel 333, tweede lid.
De gemeenteraad neemt kennis van de beslissing van de gouverneur d.d. 3 februari 2022 om niet op te treden inzake de klacht betreffende het nieuw verkeersplan voor Wijnegem West.
In elke gemeente die een inrichtende macht is van gewoon onderwijs moeten de volgende organen aanwezig zijn:
Beide comités worden samen gemakkelijkheidshalve vaak het ABOC (Afzonderlijk Bijzonder Onderhandelings- en Overlegcomité) genoemd. In de praktijk hebben beide comités immers vaak dezelfde samenstelling, wat tot de misvatting kan leiden dat er voor onderhandeling en overleg maar één comité bestaat. Toch gaat het wel degelijk over twee verschillende organen.
Deze comités werden reglementair opgericht bij het koninklijk besluit van 28 september 1984. De installatie zelf behoort tot de bevoegdheid van de burgemeester en gebeurt door verzending van de eerste uitnodiging aan de vakorganisaties.
Beide comités zijn samengesteld uit een afvaardiging van de overheid en een afvaardiging van iedere representatieve vakorganisatie. Naast deze afvaardigingen moet het comité een secretaris hebben.
Voor het ABC bestaat de overheidsafvaardiging uit maximaal zeven leden, aangevuld met technici. De burgemeester is van rechtswege voorzitter en duidt de andere leden van de overheidsafvaardiging aan. De afvaardiging van de representatieve vakorganisaties bestaat uit maximaal drie leden, aangevuld met maximaal twee technici per op de dagorde ingeschreven punt.
Voor het HOC maakt de burgemeester eveneens van rechtswege deel uit van de overheidsafvaardiging en duidt de andere leden van de overheidsafvaardiging aan. Daarnaast maakt de preventieadviseur belast met de leiding van de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk of de afdeling, deel uit van de overheidsafvaardiging wanneer het gaat over onderwerpen die hem aanbelangen. Aan deze overheidsafvaardiging kunnen technici worden toegevoegd. In tegenstelling tot het ABC is hier niet bepaald uit hoeveel leden de afvaardiging moet bestaan.
De afvaardiging van de representatieve vakorganisaties bestaat uit maximaal drie leden, aangevuld met technici. Voor de technici zijn ook hier, in tegenstelling tot bij het ABC, geen aantallen vermeld.
Het model van OVSG als huishoudelijk reglement voor ABC en HOC is een goede leidraad voor onze twee gemeentelijke onderwijsinstellingen.
De afvaardiging voor de inrichtende macht wordt door de burgemeester bepaald. Voor onze gemeente zijn de burgemeester en de schepen van onderwijs de vertegenwoordigers.
De wet van 19 december 1974, zoals gewijzigd, tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel.
Het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de Wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel.
Het koninklijk besluit van 29 augustus 1985 tot aanwijzing van de grondregelingen in de zin van artikel 2 § 1, 1° van de Wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel.
Het burgemeestersbesluit van 19 januari 2022 betreffende de aanduiding van de leden vanuit de inrichtende macht voor overleg en onderhandeling met vakbondsorganisaties over onderwijsaangelegenheden.
De gemeenteraad keurt het huishoudelijk reglement voor het Afzonderlijk Bijzonder Onderhandelingscomité voor de gemeentelijke lagere school De Notelaar en de gemeentelijke Kunstacademie goed.
De gemeenteraad keurt het huishoudelijk reglement voor het Hoog Overleg Comité voor de gemeentelijke lagere school De Notelaa en de gemeentelijke Kunstacademie goed.
In september 2018 is de kunstacademie gestart met het domein Beeldende en Audiovisuele Kunsten. Dat jaar zijn de eerste lessen beeldatelier gestart voor de -12 jarigen en ondertussen hebben we 3 klassen -12 jarigen, 1 klas 12-17 jarigen en drie volwassenenklassen. Daarnaast hebben we in Schilde de vestigingsplaats van Beeldende en Audiovisuele Kunsten overgeheveld en richten we daar ook 4 klassen -12 jarigen in. Van 15 leerlingen in het eerste jaar zitten we nu aan 173 leerlingen in dit domein.
Om de groei van het domein Beeldende en Audiovisuele Kunsten te faciliteren, is het nodig om dit domein te blijven ontwikkelen. Nu heeft de academie enkel de onderwijsbevoegdheid voor Beeldatelier in de eerste, tweede en derde graad. We kunnen nu onze vierde graad aanvragen, waardoor we ook onze onderwijsbevoegdheid moeten uitbreiden met cluster 5, waarin de opties initiatieatelier, beeldende en audiovisuele kunsten, cross-over project, interactieve media en projectatelier zitten, waardoor we ons aanbod kunnen versterken. Deze cluster is gericht op een brede opleiding én op domeinoverschrijdende projecten, wat voor onze kunstacademie een essentiële pijler van het artistiek pedagogisch project is. De vierde graad als structuuronderdeel is belangrijk voor onze ontwikkeling als academie, aangezien leerlingen in de vierde graad een grotere omkadering opleveren dan leerlingen in de derde graad. Volwassenen kunnen op basis van leeftijd zowel starten in de derde als de vierde graad.
Het decreet betreffende het deeltijds kunstonderwijs van 9 maart 2018.
Het besluit van de Vlaamse Regering betreffende het opleidingsaanbod, de organisatie, de personeelsformatie, de inning van het inschrijvingsgeld en de certificering van het deeltijds kunstonderwijs.
De gemeenteraad keurt de aanvraag van de onderwijsbevoegdheid voor cluster 5 Beeldende en Audiovisuele Kunsten goed.
De gemeenteraad keurt de aanvraag voor het structuuronderdeel vierde graad in het domein Beeldende en Audiovisuele Kunsten goed.
Het evaluatieproces is bedoeld en moet gezien worden als een constructief en positief personeelsbeleidsinstrument dat het mee mogelijk maakt een autonoom personeelsbeleid te voeren, gericht op het verstrekken van kwaliteitsvol onderwijs. Vanaf 1 september 2021 stopt de verplichting om ieder personeelslid minstens vierjaarlijks te evalueren. De evaluatiegesprekken worden nog enkel voorbehouden voor de personeelsleden bij wie ernstige tekortkomingen worden vastgesteld die aanleiding geven tot het vastleggen van persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen in het verslag van een formeel functioneringsgesprek. Voor hen wordt ook een verplicht begeleidingstraject van minstens 120 dagen voorzien na de overhandiging van het verslag van het eerste formele functioneringsgesprek met daarin de persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen.
Met alle andere personeelsleden moet enkel nog op regelmatige basis een (informeel) functioneringsgesprek gehouden worden. Personeelsleden krijgen ook het recht om zelf een functioneringsgesprek aan te vragen wanneer zij daar nood aan hebben.
Vanaf 1 september 2021 wordt ook het principe van de geïndividualiseerde functiebeschrijvingen verlaten en mogen nog enkel de kerntaken vastgelegd worden in de functiebeschrijvingen die lokaal per ambt en desgevallend binnen een ambt per functie, worden vastgelegd. Instellingsgebonden taken horen dus niet langer thuis in de functiebeschrijvingen, maar worden in een aparte lijst bezorgd aan de personeelsleden.
De wetgeving rond evaluatie van personeelsleden in het onderwijs is aangepast, wat als gevolg heeft dat het evaluatiereglement voor de gemeentelijke lagere school De Notelaar moet worden aangepast, net als de functiebeschrijvingen.
Het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding en de latere wijzigingen.
De omzendbrief PERS/2007/09 Functiebeschrijving en evaluatie van 29 oktober 2007 en de latere wijzigingen.
De gemeenteraad keurt de aanpassing van het evaluatiereglement als volgt goed:
Artikel 1
1. De directeur wordt aangeduid als eerste evaluator voor alle gesubsidieerde personeelsleden aangesteld in een wervingsambt in zijn instelling.
2. De algemeen directeur wordt aangeduid als tweede evaluator voor alle gesubsidieerde personeelsleden in wervingsambten.
3. De directeur wordt aangeduid als eerste evaluator voor alle gesubsidieerde personeelsleden aangesteld in een ander bevorderingsambt of in een selectieambt.
4. De algemeen directeur wordt aangeduid als tweede evaluator voor alle gesubsidieerde personeelsleden in een ander bevorderingsambt dan dat van directeur of in een selectieambt.
5. De algemeen directeur wordt aangeduid als de evaluator van de directeur(s).
De tweede evaluator bewaakt het proces, bewaakt de kwaliteit en waakt over de objectiviteit en de eenvormigheid van de evaluaties over de personeelsleden heen.
Voor de evaluatoren wordt in het kader van het voeren van functionerings- en evaluatiegesprekken een opleiding voorzien zodat de evaluator voldoende competent is om met kennis van zaken en op een objectieve evenwichtige manier een oordeel uit te spreken over het presteren van het personeelslid.
1. De (eerste) evaluator nodigt het personeelslid (mondeling/per brief/per email) uit voor een eerste formeel functioneringsgesprek. Hij kondigt dit minimaal 10 werkdagen op voorhand aan.
2. Het personeelslid kan (mondeling/per brief/per email) een functioneringsgesprek vragen. Het gesprek vindt plaats binnen een redelijke termijn na de vraag. De datum van het gesprek wordt bepaald door de (eerste) evaluator.
3. Van het eerste formeel functioneringsgesprek wordt door de (eerste) evaluator een verslag opgemaakt. In dit verslag worden persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen opgenomen. Dit verslag wordt ondertekend door de (eerste) evaluator en ter ondertekening voor ontvangst aan het personeelslid voorgelegd. Het verslag wordt bewaard in het evaluatiedossier dat beheerd wordt door de (eerste) evaluator.
4. De (eerste) evaluator houdt de coachingshistoriek bij.1. De evaluatie wordt uitgevoerd op basis van onder meer volgende evaluatiecriteria die aansluiten bij de functiebeschrijving en bij de doelstellingen van de onderwijsinstelling en het schoolbestuur:
invulling van de functiebeschrijving door het personeelslid,
evaluatie van de persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen uit het functioneringsgesprek,
evaluatie van het coachingstraject,
het plannen en voorbereiden van de lessen,
het lesgeven zelf,
informatie verkregen door derden, in relatie tot het functioneren van de leerkracht (bijvoorbeeld gesprek met vakgroepcoördinator of verslag van aanvangsbegeleider).
2. De (eerste) evaluator bepaalt het tijdstip van het evaluatiegesprek en deelt dit minimaal 10 werkdagen op voorhand (mondeling/per brief/per mail) mee.
3. De (eerste) evaluator stelt het evaluatieverslag op conform het model van OVSG. Dit verslag wordt bewaard in het evaluatiedossier.De (eerste) evaluator zorgt voor de informatiedoorstroming naar het schoolbestuur en desgevallend naar de tweede evaluator.
De gemeenteraad keurt de functiebeschrijvingen voor de gemeentelijke lagere school de Notelaar goed.
Het gemeentebestuur volgt het OVSG–model van arbeidsreglement voor de gemeentelijke lagere school De Notelaar, Bergenstraat 2, 2110 Wijnegem. Door aanpassingen in de regelgeving is er een nieuwe versie beschikbaar.
Een goede schoolorganisatie steunt op duidelijke afspraken tussen het personeel en het schoolbestuur.
Alle personen die onder gezag arbeid verrichten in het gemeentelijk onderwijs moeten worden geïnformeerd over de voorwaarden die op hun arbeidsverhouding van toepassing zijn.
Het decreet rechtspositie en het decreet basisonderwijs laat voldoende ruimte om lokaal en autonoom concrete afspraken te maken rond rechten en plichten van het personeel en het schoolbestuur.
Het bestaande arbeidsreglement van 24 juni 2019 wordt geactualiseerd. Het gemeentebestuur neemt als leidraad het OVSG-arbeidsmodel. Dit model is terug vernieuwd.
De lijst met instellingsgebonden taken, het sjabloon voor het verslag van het eerste formeel functioneringstraject en het sjabloon voor de coachingshistoriek worden als bijlage bij het arbeidsreglement aangehecht.
De wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen.
De wet van 18 december 2002 tot wijziging van de wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen.
Het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding.
Het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997.
Het decreet van 2 april 2004 betreffende de participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad.
De wet van 19 december 1974 tot regeling van de relaties tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel.
De gemeenteraad beslist om het nieuwe arbeidsreglement 2022, zoals toegevoegd, voor de personen die onder gezag arbeid verrichten in de gemeentelijke instelling gemeentelijke lagere school De Notelaar, Bergenstraat 2, 2110 Wijnegem goed te keuren en te laten ingaan vanaf heden.
Volgende documenten, als bijlage aan het arbeidsreglement, worden goedgekeurd:
Een fusieoperatie op vrijwillige basis wordt aangemoedigd door de Vlaamse regering. De houding van de minister voor Binnenlands Bestuur is hierin zeer duidelijk: de fusie moet van onderuit gedragen zijn. Er is met andere woorden nood aan een stevig draagvlak bij de bevolking. De tijd van opgelegde fusies die in donkere achterkamers bedisseld worden louter vanuit partijpolitiek oogpunt, moet definitief voorbij zijn, meent het Vlaams Belang. Inspraak van de inwoners in een eventueel fusieverhaal is dan ook noodzakelijk.
Nu één van de partners in de zone Minos aangeeft te fuseren met Antwerpen, dringt een duidelijke bevraging zich op.
Artikel 21 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, na wijzigingen.
Het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad.
De gemeenteraad beslist een volksraadpleging te organiseren met betrekking tot een eventuele fusie van de gemeente.
Tijdens deze volksraadpleging kunnen de inwoners 'ja' of 'neen' antwoorden op verschillende vragen die in ene commissie bestuurszaken vastgelegd worden.
Het lokaal bestuur verbindt zich ertoe om maximaal rekening te houden met de wil van de inwoners.
Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit besluit.
Het verslag van de vorige zitting ligt ter inzage.
Er zijn geen opmerkingen.
Het decreet lokaal bestuur 22 december 2017, na wijzigingen, artikel 32.
De gemeenteraad keurt het verslag van de zitting van 24 januari 2022 goed.
De raadsleden krijgen de mogelijkheid om vragen te stellen.
Niet van toepassing.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, na wijzigingen, artikel 31.
Het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad.